Advocatenkantoor Nass

8 april 2013

Sociale dienst mocht uitkering intrekken wegens samenwonen

Een onrechtmatig huisbezoek brengt in beginsel niet mee dat de bevindingen uit een nader onderzoek niet mogen worden gebruikt bij de beoordeling van het recht op bijstand van degene jegens wie dat huisbezoek onrechtmatig is geoordeeld. Als er op het adres waar iemand woont die een bijstandsuitkering ontvangt, iemand die daar niet woont te vaak aanwezig is, kan de gemeente dat aanmerken als een gezamenlijke huishouding, wat tot beƫindiging en soms ook terugvordering van de uitkering kan leiden. Wie een bijstandsuitkering ontvangt moet de gemeente alle inlichtingen geven die nodig zijn om het recht op bijstand vast te stellen. Dat kan betekenen dat de sociale dienst ook moet weten wie er op bezoek komen en hoe vaak en wanneer e.d. De informatie die de burger hierover van de overheid ontvangt is vaak onduidelijk, waardoor het vaak mis gaat. In een geval waarin de Centrale Raad van Beroep op 4 april 2013 uitspraak heeft gedaan, was, werd aangenomen dat de auto van de man waarmee de onderzochte persoon geacht werd een gezamenlijke huishouding te voeren op 17 van de 19 dagen waarop geobserveerd werd voor of nabij het uitkeringsadres stond geparkeerd en dat was waargenomen dat hij in dezelfde periode tien maal de woning in of uit ging of daarin aanwezig was. Voor de Centrale Raad van Beroep was dat voldoende om een gezamenlijke huishouding aan te nemen.
Zie hier de uitspraak